Yn 2018 organisearje Ryksuniversiteit Grins en Lân fan taal seis kear in populêrwittenskiplike lêzing, wêrby taal sintraal stiet en ûnderwerpen lykas taalûntwikkeling, demintens en meartalichheid oan bod komme

De lêzingen fine hieltyd plak op in tiisdeitejûn fan 20.00-21.00 oere (ynrin fan 19.30 oere ôf) yn Obe. De lêzingen binne fergees tagonklik, mar foarôf oanmelde moat efkes y.f.m. de beheinde kapasiteit. Oanmelde kin mei it ‘sign up’ formulier op lanfantaal.frl

De eerstvolgende lezing is op 1 mei. Dan gaat Dr. Willem Visser (in het Nederlands) vertellen over taalveranderingen in het Fries en de vele varianten van het woord “aardappel” dat de taal kent, zie onderstaande beschrijving door de spreker:

‘Friese piepers’! Veranderingen in de Friese taal.

In deze lezing wordt eerst een korte schets van de Friese taal gegeven. Het gaat hierbij om vragen als:

– Hoe verhoudt het Fries zich tot de omringende talen?

– Wat is er bijzonder aan het Fries in vergelijking met het Nederlands?

– Hoe is het Fries in de loop der tijden veranderd?

Vervolgens wordt er nader ingegaan op het Friese woord voor ‘aardappel’ en wat hier zo (eigen)aardig aan is. Het is allemaal begonnen met ‘ierdappel’, de combinatie van ‘ierde’ en ‘appel’, vergelijkbaar met het Nederlandse ‘aardappel’. Met de introductie van de aardappel en de aardappelteelt in Fryslân, zo rond 1700, is dit woord deel van het Fries gaan uitmaken. Naar alle waarschijnlijkheid is ‘ierdappel’ een vertaling van het Duitse ‘Erdapfel’, waarnaar ook het Nederlandse ‘aardappel’ is gevormd. Het gaat hier dus om een betrekkelijk jong woord. In de loop der tijd heeft ‘ierdappel’ een flink aantal varianten gekregen: jerappel, rjappel, jirpel, jippel (om er enkele te noemen). In de lezing wordt op het ontstaan hiervan ingegaan. De verspreiding van de varianten over het Friese taalgebied blijkt uit drie dialectkaarten:

– een kaart gebaseerd op materiaal verzameld door de Friese dialectkenner Jan Jelles Hof (uit de jaren dertig van de vorige eeuw);

– een kaart gebaseerd op een schriftelijke dialectenquête van de Fryske Akademy (van 1994);

– een kaart gebaseerd op wat mensen zelf als hun vorm hebben ingesproken voor het Lân fan Taal-project ‘Stimmen fan Fryslân’.

Aan de hand van deze kaarten krijgt men een goed beeld van hoe het het woord ‘ierdappel’ in het Fries is vergaan, en vergaat.